Haasrode Leuven staat voor het tweede jaar op rij in de halve finale van de Beker van België. Het klinkt als muziek in de oren voor een ervaren speler zoals Matthias Valkiers, maar het is geen tijd om stil te staan bij de prestaties uit het verleden. Na een jaar waarin de Leuvenaars zich vorig seizoen tot hun grote teleurstelling nog moesten neerleggen bij een verlies in de golden set tegen datzelfde Menen, is de focus dit seizoen helder: winnen. De grote droom: de finale in het Sportpaleis.

We twijfelden even vooraleer we met de insteek van deze reportage aan de slag gingen. Wie zouden we namelijk interviewen? Coach Hendrik Tuerlinckx leek een voor de hand liggende keuze nadat hij in het verleden met Roeselare de bekeroverwinningen aan elkaar reeg. Acht in totaal, waarvan zes achtereenvolgend. Wie doet hem dat na? Wel, de 34-jarige Valkiers komt aardig in de buurt, want in 2012 won hij een eerste keer de cup met Maaseik om het later over te doen met het Griekse PAOK Thessaloniki in 2018 en het Duitse Frankfurt in 2021.

De immers aimabele en belezen spelverdeler – Valkiers slalomt in Leuven nog steeds tussen de trainingshal en de laboratoria van zijn opleiding Chemie aan de UCLL – wil als geen ander zijn ervaring in de strijd gooien in wat voor hem en bij uitbreiding gans Haasrode Leuven een gouden kans is. Een kans om na Red Star Leuven in 1975 nog eens in de finale te staan (Red Star won toen met 3-2 van Maasmechelen) en een kans voor de Leuvenaars om het aura te vullen van een ambitieuze en steeds professioneler wordende club.

Het is al het tweede jaar op rij dat VHL zich in de halve finale van de beker bevindt. Afgelopen seizoen strandden jullie in de golden set op twee puntjes na (13-15) tegen Menen. Leeft die teleurstelling van vorig jaar nog bij jou?

Matthias Valkiers: “Dat verlies was inderdaad bitter We stonden er heel dicht bij, maar gaven het uiteindelijk uit handen. Menen was toen misschien net wat koelbloediger in die beslissende momenten en de scheidsrechterlijke beslissingen speelden zeker een rol, maar goed, dat ligt achter ons. Het zijn ook maar mensen en gelukkig kunnen we sinds dit seizoen een videochallenge aanvragen, een verademing. Bovendien zijn we meer gesterkt door de extra ervaring van vorig seizoen. Na Achel weten we dat we het kunnen als we onder druk staan, we moeten nu alleen nog die laatste stap zetten.”


Menen is opnieuw de tegenstander in de halve finale. Zijn jullie gretiger dan ooit om revanche te nemen?

“We moeten altijd gemotiveerd zijn. Kijk, we hebben dit jaar een sterker team, met nieuwe gezichten die veel kwaliteit toevoegen. Menen heeft misschien niet meer die bloedvorm van in het begin van dit seizoen, maar het blijft altijd een lastige tegenstander. Ze zijn goed georganiseerd en spelen met veel vechtlust.”

Je bent nu 34 jaar oud en hebt al een rijke carrière achter de rug. Jouw ervaring en leiderschap zullen van pas komen, want je won de beker ook al drie maal: de meest recente met Frankfurt, ook met PAOK en in 2012 jouw eerste met Maaseik. Wat herinner je je nog van die viering?

“Ik ben inderdaad niet meer van de jongsten, maar ik voel me nog altijd fit en gemotiveerd en ik heb in mijn carrière geleerd hoe belangrijk ervaring is in dit soort wedstrijden. Het gevoel van het winnen van een prijs, vooral die beker met Maaseik, is natuurlijk onvergetelijk. Wat ik me nog herinner? Het was toen nog in de Lotto Arena en onze coach, Vital Heynen, liet ons amper vieren, omdat we ook nog in de Champions League aan zet waren (lacht). Ik weet nog dat Pieter Verhees zijn enkel had omgeslagen toen hij op mij was geland. Ik was 21, een jonge invaller en de doublure van de Nederlandse international Yannick Van Harskamp, maar mocht in de finale tegen Asse-Lennik redelijk veel spelen. Samen met onze coach weet ik in elk geval hoe bijzonder het is om zo’n moment te bereiken. Die ervaring probeer ik over te brengen op mijn ploegmaats. Dit is geen kans die je vaak krijgt.”


Van kansen gesproken: zie je nog een toekomst bij de nationale ploeg? Naar onze bescheiden mening hoor je nog steeds thuis in de kern van de Red Dragons. Of is dat hoofdstuk definitief afgesloten?

“Het is altijd een eer om voor de nationale ploeg uit te komen, ook al heb ik mijn deel wel gehad. Ik heb trouwens nooit gezegd dat ik niet meer ter beschikking sta, alleen heb ik al twee zomers op rij geen telefoontje meer gekregen.”

Opmerkelijk! Stel dat bondscoach Emanuele Zanini binnenkort toch terug aan de lijn komt?

“Dan sta ik zeker open voor zijn aanbod, maar dan moet er ook eerst eens goed gebabbeld worden. Ik zal dus niet meteen ‘ja’ zeggen, maar ook niet ‘nee. We moeten op dezelfde golflengte zitten, want ik heb zeker en vast nog altijd ambitie. net zoals bij Haasrode Leuven waar ik nog minstens één seizoen will meehelpen aan de uitbouw van de club.”

Het behalen van de bekerfinale zou in dat opzicht opnieuw een mooie stap vooruit zijn.

“Absoluut. Ook al weten we dat, als we in de finale zouden staan en Roeselare tegenover ons staat, de kans zeer klein is dat wij zullen winnen. Maar kijk wat het Menen oplevert: zij mogen eind dit jaar toch meedoen aan het toernooi met de Nederlandse kampioen en bekerwinnaar. Het is in elk geval een enorme motivatie voor het team. Iedereen bij Haasrode Leuven wil daar staan. Het is een doel dat we al heel lang nastreven en dit is het jaar waarin we het kunnen realiseren. We moeten onze focus houden op de halve finale, maar we weten allemaal waar we voor spelen: de finale in het Sportpaleis.”


Hoe bereid je je persoonlijk voor op zo’n cruciale wedstrijd?

“Mijn focus ligt op kalmte en details. Als spelverdeler moet ik ervoor zorgen dat de connectie met mijn aanvallers goed zit. Dat betekent ook vertrouwen uitstralen. Ik bekijk het ook wedstrijd per wedstrijd, maar ga zeker niet anders doen dan anders. De druk mag niet verlammend werken, we moeten juist met plezier spelen.”

Wat leeft er de laatste dagen in de groep?

“De focus is zeker daar en het feit dat we met Hendrik een coach hebben die daar fulltime mee bezig is, helpt ons zeker ook vooruit. Kijk, Menen wordt een harde noot om te kraken. Ze blijven mentaal altijd scherp en kunnen met hun opslag veel druk zetten. Maar ik ken onze kwaliteiten. We hebben een brede kern met spelers die het potentieel hebben om op topniveau mee te draaien. Als we onze foutenlast laag houden en serverend goed zijn, maken we zeker kans. We voelen allemaal dat dit een cruciaal moment is in ons seizoen. De bekerfinale halen zou niet alleen een boost zijn voor de ploeg, maar ook voor de hele club. Iedereen is fit en er zit een enorme drive in de groep. Het is nu tijd om het te tonen op het veld.”

Tekst: Kenny Hennens

Foto’s: Hans Floré